Actiefase
De actiefase start bij aankomst op de incidentlocatie, wanneer men nog in de auto zit.
Aankomst eerste hulp(verlenings)dienst
De hulp(verlenings)dienst die als eerste ter plaatse komt, is verantwoordelijk voor het
toepassen van de eerste veiligheidsmaatregelen. Komt de weginspecteur als tweede ter plaatse,
dan dient hij de bufferpositie over te nemen van de eerst aanwezige hulp(verlenings)dienst, in
andere situaties plaatst de weginspecteur het voertuig op de conform de richtlijnen aangegeven
locatie ten opzichte van het incident.
Schouwen
Als de eerste veiligheidsmaatregelen zijn getroffen, vindt -door de eerste hulp(verlenings)dienst
ter plaatse- een schouw plaats van het incident conform de ‘METHANE-methodiek’ (voor meer raadpleeg
de schouwkaart). De uit de schouw verkregen informatie wordt kort en feitelijk teruggemeld naar de
meldkamer of de regionale verkeerscentrale. De inzet van andere hulp(verlenings)diensten wordt op
deze manier goed onderbouwd geregeld.
M.E.T.H.A.N.E.
METHANE is een internationale, multidisciplinaire, gestructureerde manier van melden indien zich
een ongeval met één of meerdere gewonden heeft voorgedaan.
M |
My name |
Naam, functie, bereikbaarheid, plaats, enzovoort van melder |
E |
Exact location |
Exacte ongevallocatie (onder meer HMP, GPS-coördinaten en omgevingsbeschrijving) |
T |
Type of incident |
Aard ongeval (onder meer verkeer en brand) |
H |
Hazards |
(Potentiële) Gevaren op ongevallocatie (zoals gevaarlijke stoffen en bij brand) |
A |
Acces to the scene |
Bereikbaarheid van en toegang tot ongevallocatie |
N |
Number and types of casualties |
Aantal gewonden en soorten verwondingen |
E |
Emergency service on scene |
Soort en aantal benodigde hulp(verlenings)diensten |
Overlegvormen en opschaling
Op de incidentlocatie houdt elke hulp(verlenings)dienst zich bezig met het juist afwikkelen van de eigen
werkprocessen (taken en verantwoordelijkheden). IM-werkprocessen verschillen per hulp(verlenings)dienst,
maar hebben ook raakvlakken. Sommige werkprocessen hebben voorrang op anderen. Bijvoorbeeld ‘slachtofferhulp’
gaat voor ‘bergen’. Dit vraagt afstemming en overleg.
Motorkapoverleg
Voor een zorgvuldige en efficiënte afhandeling van kleinschalige incidenten vindt er regelmatig
afstemmingsoverleg plaats tussen de vertegenwoordigers van de hulpverleningsdiensten en de wegbeheerder.
Namens de wegbeheerder neemt de weginspecteur plaats in het zogeheten motorkapoverleg.
Coördinatie (Commando) Plaats Incident (CoPI)
Bij grootschalige of complexe incidenten -of wanneer kleinschalige incidenten uitgroeien tot grootschalige
incidenten- kan, wanneer één van de leidinggevende functionarissen op officiersniveau de behoefte heeft aan
een gestructureerde coördinatie, door de hulpverleningsdiensten worden opgeschaald naar GRIP (Gecoördineerde
Regionale Incidentbestrijding Procedure).
De procedure is onafhankelijk van het aantal ‘veldeenheden’ van de hulpverleningsdiensten dat wordt ingezet
om een bepaald incident af te handelen en is alleen bedoeld om een goede coördinatie te waarborgen tijdens
de incidentafhandeling op zowel operationeel als bestuurlijk niveau. De GRIP-methodiek is onderdeel van de
rampen- en bestrijdingswet.
Vijf niveaus
Er wordt gewerkt met vijf niveaus van de Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP 0 t/m 4).
GRIP-niveau |
Reikwijdte van het incident |
GRIP 0/Routine |
Normale dagelijkse werkzaamheden van de operationele diensten |
GRIP 1 |
Bronbestrijding |
GRIP 2 |
Bron- en effectbestrijding |
GRIP 3 |
Bedreiging van het welzijn van (grote groepen van) de bevolking |
GRIP 4 |
Gemeentegrensoverschrijdend, eventueel schaarste |
Bij opschaling van de hulpverleningsdiensten naar GRIP 1 schaalt ook de wegbeheerder op. Dit betekent dat de
Officier van Dienst van de wegbeheerder wordt ingezet. De opschalingniveaus GRIP 1 en GRIP 2 beperken zich
tot de directe incidentlocatie. Wanneer incidenten een zo grote omvang hebben dat er meer coördinatie nodig
is, wordt er opgeschaald naar GRIP 3 of 4. Voor de weginspecteur, die betrokken is bij de afhandeling op de
incidentlocatie, verandert er feitelijk niets.