Normalisatiefase
In de normalisatiefase wordt:
- de GRIP-opschaling afgeschaald door de hulpverleningsdiensten
- alle genomen maatregelen ten behoeve van de incidentafhandeling opgeheven.
Uitgangspunt is dat degene die een maatregel heeft aangevraagd, deze ook dient af te melden.
De praktijk laat zien dat de wegbeheerder vaak als laatste de (gewezen) incidentlocatie verlaat
en de maatregelen afmeldt.
Indeling plaats incident
Tijdens de afhandeling van een incident bevinden zich functionarissen van diverse hulp(verlenings)diensten
met hun voertuigen op de Plaats Incident (PI). Zeker in het begin is er sprake van een onoverzichtelijke
situatie waar snel orde in dient te worden aangebracht. De verdeling van taken en verantwoordelijkheden
binnen IM is gebaseerd op het uitgangspunt dat alle IM-ketenpartners vanuit hun eigen taken en bevoegdheden
opereren. Om het incident veilig en snel af te kunnen handelen is het daarbij belangrijk dat er regels zijn
die iedereen kent en waar iedereen zich aan houdt.
Bewaarplaats
Bij IM wordt er ook een bewaarplaats gemaakt. Deze plaats wordt ook wel ‘dump’ genoemd. Hier worden alle
materialen gebracht die afkomstig zijn van de bij het incident betrokken voertuig(en). Ook de persoonlijke
bezittingen van de slachtoffers worden naar de bewaarplaats gebracht.
De bewaarplaats is belangrijk voor de politie. Hier vandaan kan de politie een goed overzicht krijgen van het
incident en de sporen. Voorwaarde is dat de politie toestemming moet geven om de materialen naar de dump te
brengen én dat er continu een politieagent op de bewaarplaats aanwezig is.
Opstelplaats hulp(verlenings)voertuigen
De opstelplaats van voertuigen is afhankelijk van de volgende zaken:
- plaats van het incident;
- aanwezige slachtoffers;
- benodigd materieel;
- locatie van de sporen;
- werkzaamheden van de hulp(verlenings)diensten.
De voertuigen worden zo opgesteld dat aan- en afvoer altijd mogelijk blijft. Het voertuig dat in de zogeheten
bufferpositie staat zorgt voor extra bescherming van de hulpverleners (zie REVI’s). In de richtlijnen is ook
bepaald waar de overige hulp(verlenings)voertuigen op de Plaats Incident moeten opstellen.